Veelgestelde vragen

Vind het antwoord op uw vragen in onze FAQ’s en de lijst met meestgestelde vragen op deze website. De FAQ / veelgestelde vragen zijn gesorteerd per thema.
78 resultaten

Gemeenschapswacht

Is een gemeenschapswacht(-vaststeller) verplicht om een psychotechnisch onderzoek te ondergaan?

In de wet van 15 juli 2018 houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken wordt gesteld in artikel 39,4° : “Het voldoen aan het profiel wordt nagegaan aan de hand van een psychotechnisch onderzoek, nader te bepalen door de minister van Binnenlandse Zaken.”

Deze verplichting is van toepassing voor alle gemeenschapswachten die zijn aangeworven na 5 oktober 2018.

Het KB van 14 augustus 2021 betreffende de organisatie van het psychotechnisch onderzoek voor de gemeenschapswacht en de gemeenschapswacht-vaststeller verstrekt meer informatie inzake het psychotechnisch onderzoek. De psychotechnische test wordt door SELOR afgenomen. Het psychotechnisch onderzoek bestaat uit 2 testen. Enerzijds 2 computergestuurde persoonlijkheidsvragenlijsten en anderzijds een interview. Enkel de gemeenten kunnen de kandidaten hiervoor inschrijven. Dit kan door een mail te richten naar [email protected]. Een Excel-bestand zal bezorgd worden, hetwelk vervolledigd dient te worden met de gegevens van de kandidaat-gemeenschapswacht.

De prijs van het psychotechnisch onderzoek bedraagt 200 euro. 
OPGELET: zodra de instructies en de link naar de persoonlijkheidsvragenlijsten aan de ingeschreven kandidaten zijn doorgemaild, zullen alle tests in rekening worden gebracht.
Hetzelfde geldt voor kandidaten die niet bij het gesprek aanwezig zijn; de test wordt ook in rekening gebracht.

Het onderzoek peilt naar bepaalde competenties waarover een gemeenschapswacht (-vaststeller) dient te beschikken. Het gaat hier in het bijzonder over de volgende 5 competenties:
1° respect voor medemensen;
2° burgerzin;
3° een incasseringsvermogen ten aanzien van agressief gedrag van derden en het vermogen om zich daarbij te beheersen;
4° respect voor plichten en procedures;
5° geen gevaar vormen voor de openbare orde.

Slagen voor het psychotechnisch onderzoek is noodzakelijk alvorens men de job van gemeenschapswacht(-vaststeller) mag uitoefenen. 

Er bestaat geen mogelijkheid tot herkansing. De kandidaat die niet geslaagd is, mag de job van gemeenschapswacht(-vaststeller) dan ook niet uitoefenen. 

Het is niet mogelijk voor personen die reeds het psychotechnisch onderzoek voor bewakingsagent hebben afgelegd om een vrijstelling te bekomen. 

Uitreiking identificatiekaarten

Elke gemeenschapswacht dient houder te zijn van een identificatiekaart, waarvan het model vastgelegd werd in het MB van 14 september 2020 tot bepaling van het model van identificatiekaart van de gemeenschapswachten en de gemeenschapswacht-vaststellers.

De identificatiekaart wordt uitgereikt door de minister van Binnenlandse Zaken nadat hij heeft vastgesteld dat de betrokkene voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 8 van de wet gemeenschapswachten.

Op 14 februari 2022 werd de ministeriële omzendbrief betreffende de identificatiekaarten van de gemeenschapswachten en de gemeenschapswacht-vaststellers gepubliceerd. 
De doelstelling van deze omzendbrief bestaat erin de procedure te beschrijven die zal worden gevolgd bij de opmaak en verdeling van de identificatiekaarten voor de gemeenschapswachten en de gemeenschapswachten-vaststellers. 

Bijkomende informatie inzake de bij te voegen documenten tijdens het aanvragen van een identificatiekaart:

•    Uittreksel strafregister
Voor gemeenschapswachten bestaat er een specifiek model: Artikel 596.1, model voor gereglementeerde activiteiten (meer specifiek 596.1-16 gemeenschapswachten). Dit model dient opgeladen te worden. 
Het uittreksel mag maximum 3 maanden oud zijn, rekenend vanaf de datum van indiening van de aanvraag.

•    Advies korpschef
Er werd geen format bepaald waarin dit advies bijgevoegd dient te worden. De manier waarop het advies gevraagd wordt, is de vrije keuze van de gemeente/korpschef. Het is evenwel belangrijk dat het om een officieel advies van de korpschef gaat.

De vraag naar het advies van de korpschef komt voort uit artikel 7 §2 van de wet gemeenschapswachten:
“De gemeenschapswachten en de gemeenschapswachten-vaststellers kunnen door de organiserende gemeente slechts worden aangeworven na advies van de korpschef van de lokale politie bevoegd voor de politiezone waartoe de organiserende gemeente behoort.
Voor het formuleren van zijn advies houdt de korpschef in het bijzonder rekening met de elementen die betrekking hebben op de vereisten, bedoeld in artikel 8, 2°, 3°, 4° en 5°. Zonder het uitvoeren van specifieke onderzoeken, steunt hij zijn bevindingen op inlichtingen van bestuurlijke en gerechtelijke politie, waarvan hij kennis heeft.”

Welk model van het strafregister dient bij de aanvraag voor een identificatiekaart bezorgd te worden?

Voor gemeenschapswachten bestaat er een specifiek model: Artikel 596.1, model voor gereglementeerde activiteiten (meer specifiek 596.1-16 gemeenschapswachten). Dit model dient opgeladen te worden. Het uittreksel mag maximum 3 maanden oud zijn, rekenend vanaf de datum van indiening van de aanvraag.

Bestaat er een vastgelegde format waarin het advies van de korpschef bij de aanvraag voor een identificatiekaart dient bezorgd te worden?

Er werd geen format bepaald waarin dit advies bijgevoegd dient te worden. De manier waarop het advies gevraagd wordt, is de vrije keuze van de gemeente/korpschef. Het is evenwel belangrijk dat het om een officieel advies van de korpschef gaat.

De vraag naar het advies van de korpschef komt voort uit artikel 7 §2 van de wet gemeenschapswachten:
“De gemeenschapswachten en de gemeenschapswachten-vaststellers kunnen door de organiserende gemeente slechts worden aangeworven na advies van de korpschef van de lokale politie bevoegd voor de politiezone waartoe de organiserende gemeente behoort. Voor het formuleren van zijn advies houdt de korpschef in het bijzonder rekening met de elementen die betrekking hebben op de vereisten, bedoeld in artikel 8, 2°, 3°, 4° en 5°. Zonder het uitvoeren van specifieke onderzoeken, steunt hij zijn bevindingen op inlichtingen van bestuurlijke en gerechtelijke politie, waarvan hij kennis heeft.”

Welke procedure dient er voor de identificatiekaart gevolgd te worden als een gemeenschapswacht(-vaststeller) uit dienst treed?

Wanneer een gemeenschapswacht(-vaststeller), om welke reden dan ook, zijn activiteiten niet langer uitoefent binnen de gemeente, dient betrokkene zijn kaart binnen de 5 dagen aan de gemeenschapswachtcoördinator terug te bezorgen. De gemeente dient vervolgens binnen de 5 dagen de kaart aangetekend terug te sturen aan de AD Veiligheid en Preventie, die de kaart vernietigt.
Adres: AD Veiligheid en Preventie
          t.a.v. afdeling gemeenschapswachten
          Handelsstraat 96 – 1040 Brussel

Welke procedure dient er voor de identificatiekaart gevolgd te worden als een gemeenschapswacht(-vaststeller) uit dienst treed?

Wanneer een gemeenschapswacht(-vaststeller), om welke reden dan ook, zijn activiteiten niet langer uitoefent binnen de gemeente, dient betrokkene zijn kaart binnen de 5 dagen aan de gemeenschapswachtcoördinator terug te bezorgen.

De gemeente dient vervolgens binnen de 5 dagen de kaart aangetekend terug te sturen aan de AD Veiligheid en Preventie, die de kaart vernietigt.

Adres = AD Veiligheid en Preventie – t.a.v. afdeling gemeenschapswachten

               Handelsstraat 96 – 1040 Brussel

 

Wat is de diplomavereiste voor een gemeenschapswacht-vaststeller?

De gemeenschapswacht-vaststeller moet minstens beschikken over:

  • ofwel een diploma hoger secundair onderwijs,
  • ofwel een getuigschrift lager secundair onderwijs of tweede graad secundair onderwijs, aangevuld met een ervaring van minstens vijf jaar ten dienste van een gemeente, die nuttig is voor het uitoefenen van de functie.

Het is aan de gemeente om te beoordelen of eerder opgedane ervaring in aanmerking kan worden genomen als “nuttig” voor de functie, doch het spreekt voor zich dat er hoe dan ook een verband dient te bestaan tussen enerzijds de reeds opgedane ervaring en anderzijds de vaststellingstaak waarmee de betrokkene zal belast worden. Zo kan bijvoorbeeld de ervaring van een gemeentelijk personeelslid dat tewerkgesteld is bij de groendienst van de gemeente als nuttig beschouwd worden in het kader van een aanstelling als GAS-vaststeller in de strijd tegen zwerfvuil. Het is daarbij niet vereist dat deze ervaring werd opgedaan in dezelfde gemeente als de gemeente waar de betrokken gemeenschapswacht-vaststeller actueel tewerkgesteld wordt.

Mogen gemeenschapswachten een paraplu gebruiken?

Het ministerieel besluit dat de werkkleding vastlegt, definieert alleen de basiselementen van het uniform. Sommige accessoires die niet in het besluit zijn opgenomen, mogen bijkomend door gemeenschapswachten worden gedragen. Wat het gebruik van een paraplu betreft, wordt dit toegestaan op voorwaarde dat deze paars (bij voorkeur) is of zwart is met het embleem van de gemeenschapswachten.

Procedure bij verlies kaart

De gemeenschapswacht(-vaststeller) die zijn kaart verliest, geeft dit door aan zijn verantwoordelijke binnen de gemeente.

De gemeente dient de ADVP hiervan in te lichten zodat een nieuwe kaart kan worden aangemaakt. 

Gezien een gemeenschapswacht(-vaststeller) enkel zijn activiteiten kan uitoefenen wanneer hij in het bezit is van een geldige identificatiekaart, wordt aangeraden om dit zo snel mogelijk te doen.

Hoe kunnen steden en gemeenten middelen krijgen vanuit FOD Binnenlandse Zaken?

Steden en gemeenten kunnen middelen krijgen vanuit FOD Binnenlandse Zaken en dit vanuit verschillende kanalen: via de strategische veiligheids- en preventieplannen. Zij kunnen met die middelen ook gemeenschapswachten aanwerven. Hiernaast is er ook een contingent 346 en bijkomend contingent 90. Deze laatste zijn enkel voor het aanwerven van gemeenschapswachten (in activa-PVP statuut), waarbij het contingent 346 enkel van toepassing is voor de steden en gemeenten die reeds beschikken over een strategisch veiligheids– en preventieplan en het contingent 90 dat enkel van toepassing is voor steden en gemeenten die nog niet over een strategisch veiligheids- en preventieplan beschikken. Het is dus volkomen normaal dat niet alle steden en gemeenten in alle lijsten voorkomen. Hiernaast zijn er trouwens ook nog steden en gemeenten die middelen kregen vanuit Binnenlandse Zaken voor het aanwerven van gemeenschapswachten met startbaanovereenkomsten (APS 160). Dit is ondertussen niet meer van toepassing daar deze subsidiëring werd overgeheveld naar de regio’s.

Momenteel liggen de subsidies vast en kunnen er geen nieuwe gemeenten meer intekenen op de verschillende dispositieven.