Uniform
Het uniform van de gemeenschapswachten wordt uiteengezet in het ministerieel besluit van 7 december 2008 betreffende de werkkleding en het embleem van de « gemeenschapswachten ».
De steden en gemeenten zijn verantwoordelijk voor de aankoop van het uniform van hun gemeenschapswachten, uiteraard rekening houdende met de vigerende wetgeving.
In de toekomst zal er door de FOD Binnenlandse Zaken een raamcontract opengesteld worden om één leverancier aan te stellen dewelke de uniformen aan alle steden en gemeenten met gemeenschapswachten zal aanleveren. Vanaf zodra er nieuwe stappen in dit proces gezet worden, zal dit gecommuniceerd worden aan de relevante partners.
FAQ (over uniform)
Mogen gemeenschapswachten (in de zomermaanden) een korte broek dragen?
Hoewel het niet expliciet verboden is in de wet, is het voor de gemeenschapswachten niet aangeraden om in de zomerperiode gekleed te gaan in een bermuda of short. De uiteindelijke beslissing ligt echter bij de lokale dienst gemeenschapswacht..
Is de vermelding ‘vaststeller’ verplicht op de kledij of kan dit via een armband-kaart?
Er dient een zichtbaar onderscheid gemaakt te worden tussen de functie van gemeenschapswacht en gemeenschapswacht-vaststeller en dit door middel van een band met de term “vaststeller” op de rechtermouw van vest/hemd/polo/t-shirt.
Mogen gemeenschapswachten een paraplu gebruiken?
Het ministerieel besluit dat de werkkleding vastlegt, definieert alleen de basiselementen van het uniform. Sommige accessoires die niet in het besluit zijn opgenomen, mogen bijkomend door gemeenschapswachten worden gedragen. Wat het gebruik van een paraplu betreft, wordt dit toegestaan op voorwaarde dat deze paars (bij voorkeur) is of zwart is met het embleem van de gemeenschapswachten.
Identificatiekaarten
Elke gemeenschapswacht dient houder te zijn van een identificatiekaart, waarvan het model vastgelegd werd in het ministerieel besluit van 14 september 2020 tot bepaling van het model van identificatiekaart van de gemeenschapswachten en de gemeenschapswacht-vaststellers.
De identificatiekaart wordt uitgereikt door de minister van Binnenlandse Zaken nadat er vastgesteld kon worden dat de betrokkene voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 8 van de wet van 17 mei 2007.
Op 14 februari 2022 werd de ministeriële omzendbrief betreffende de identificatiekaarten van de gemeenschapswachten en de gemeenschapswacht-vaststellers gepubliceerd. De doelstelling van deze omzendbrief bestaat erin de procedure te beschrijven die zal worden gevolgd bij de opmaak en verdeling van de identificatiekaarten voor de gemeenschapswachten en de gemeenschapswachten-vaststellers.
De lokale besturen kunnen de identificatiekaarten voor hun gemeenschapswachten(-vaststellers) aanvragen via volgende link: Aanvraag identificatiekaart Gemeenschapswacht | BeSafe
FAQ (over de identificatiekaarten)
Moet de volledige naam (voornaam en familienaam) steeds op de badge worden vermeld?
In artikel 12 van de wet van 15 mei 2007 wordt bepaald welke vermeldingen de identificatiekaart van de gemeenschapswacht(-vaststeller) moet bevatten, namelijk:
1° de naam, voornaam en foto van de houder
2° de naam van de organiserende gemeente
3° al naargelang van het geval, de functie van gemeenschapswacht of gemeenschapswacht-vaststeller
4° de vervaldatum van de identificatiekaart.
In de omzendbrief PREV 32 worden bijkomend de twee doelstellingen van de identificatiekaart vermeld, namelijk:
- door middel van deze kaart kan betrokkene aantonen dat hij voldoet aan de wettelijke voorwaarden voor het uitoefenen van de functie van gemeenschapswacht of gemeenschapswacht-vaststeller
- de burger die zich benadeeld voelt door het optreden van een gemeenschapswacht of gemeenschapswacht-vaststeller, kan de beambte aan de hand van de identificatiekaart identificeren en zodoende zijn klachtrecht uitoefenen.
Omwille van deze bovenstaande redenen is het belangrijk dat de volledige naam (voornaam en familienaam) van de gemeenschapswacht(-vaststeller) op de identificatiekaart vermeld wordt.
Welk model van het strafregister dient bij de aanvraag voor een identificatiekaart bezorgd te worden?
Voor gemeenschapswachten bestaat er een specifiek model: Artikel 596.1, model voor gereglementeerde activiteiten (meer specifiek 596.1-16 gemeenschapswachten). Dit model dient opgeladen te worden. Het uittreksel mag maximum 3 maanden oud zijn, rekenend vanaf de datum van indiening van de aanvraag.
Bestaat er een vastgelegde format waarin het advies van de korpschef bij de aanvraag voor een identificatiekaart dient bezorgd te worden?
Er werd geen format bepaald waarin dit advies bijgevoegd dient te worden. De manier waarop het advies gevraagd wordt, is de vrije keuze van de gemeente/korpschef. Het is evenwel belangrijk dat het om een officieel advies van de korpschef gaat.
De vraag naar het advies van de korpschef komt voort uit artikel 7 §2 van de wet gemeenschapswachten:
“De gemeenschapswachten en de gemeenschapswachten-vaststellers kunnen door de organiserende gemeente slechts worden aangeworven na advies van de korpschef van de lokale politie bevoegd voor de politiezone waartoe de organiserende gemeente behoort. Voor het formuleren van zijn advies houdt de korpschef in het bijzonder rekening met de elementen die betrekking hebben op de vereisten, bedoeld in artikel 8, 2°, 3°, 4° en 5°. Zonder het uitvoeren van specifieke onderzoeken, steunt hij zijn bevindingen op inlichtingen van bestuurlijke en gerechtelijke politie, waarvan hij kennis heeft.”
Welke procedure dient er voor de identificatiekaart gevolgd te worden als een gemeenschapswacht(-vaststeller) uit dienst treed?
Wanneer een gemeenschapswacht(-vaststeller), om welke reden dan ook, zijn activiteiten niet langer uitoefent binnen de gemeente, dient betrokkene zijn kaart binnen de 5 dagen aan de gemeenschapswachtcoördinator terug te bezorgen. De gemeente dient vervolgens binnen de 5 dagen de kaart aangetekend terug te sturen aan de AD Veiligheid en Preventie, die de kaart vernietigt.
Adres: AD Veiligheid en Preventie
t.a.v. afdeling gemeenschapswachten
Handelsstraat 96 – 1040 Brussel
Is de identificatiekaart vastgelegd in het ministerieel besluit van 14 september 2020 ook van toepassing voor vaststellende ambtenaren in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties?
Ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van gemeentelijke administratieve sancties moeten houder zijn van een identificatiekaart waarvan het model wordt vastgelegd in het ministerieel besluit van 5 september 2014 tot bepaling van het model van de identificatiekaart van ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van gemeentelijke administratieve sancties. In tegenstelling tot bij de gemeenschapswachten-vaststellers wordt enkel het model bepaald bij MB en wordt deze kaart niet uitgereikt door de minister van Binnenlandse Zaken. De werkgever dient deze identificatiekaarten te voorzien.
Vaststellers die onder toepassing vallen van de wet gemeenschapswachten zijn evenwel vrijgesteld van deze verplichting aangezien deze reeds beschikken over een identificatiekaart op basis van de op de gemeenschapswacht-vaststellers van toepassing zijnde wetgeving.
Procedure verlies kaart
De gemeenschapswacht(-vaststeller) die zijn kaart verliest, geeft dit door aan zijn verantwoordelijke binnen de gemeente.
De gemeente dient de ADVP hiervan in te lichten zodat een nieuwe kaart kan worden aangemaakt.
Gezien een gemeenschapswacht(-vaststeller) enkel zijn activiteiten kan uitoefenen wanneer hij in het bezit is van een geldige identificatiekaart, wordt aangeraden om dit zo snel mogelijk te doen.